Auteur: Joop van de Groep Datum: 28-05-2021

A320 neemt een vlucht

In de maand mei hebben de meeste aandelenindices een zijwaartse beweging laten zien. Deze week waren de handelsvolumes laag en de volatiliteit is verder afgenomen. Vooralsnog is er deze maand geen sprake geweest van een verkoopgolf “Sell in May and Go Away”. Beleggers zijn, nu de bedrijven over het algemeen beter presteren dan verwacht, geïnteresseerd in de macro-economische data. De ontwikkelingen van de economische activiteiten hebben namelijk invloed op het monetaire beleid van de centrale banken. Sommige Fed watchers zijn van mening dat de Amerikaanse centrale bank op het punt staat om te gaan praten over het afbouwen (taperen) van het obligatieopkoopprogramma. 

Industrie pre-corona

De economische activiteiten in de industriële sector tonen momenteel een fors herstel. Volgens het CBS ligt het producentenvertrouwen in Nederland op het hoogste punt sinds mei 2018. Dit betekent dat het vertrouwen van de ondernemers in de industrie ruim boven het langjarige gemiddelde ligt en ook hoger is dan het niveau voor het uitbreken van de coronacrisis. 

Meer goed nieuws vanuit de industrie kwam van vliegtuigbouwer Airbus. Het bedrijf verwacht dat ergens tussen 2023 en 2025 de commerciële luchtvaart volledig is hersteld van de coronacrisis. Op dit moment bouwt Airbus per maand 40 A320 toestellen die ongeveer 15 procent minder brandstof gebruiken dan zijn voorgangers. De A320 is het best verkochte toestel en Airbus verwacht dat vanaf 2023 er maandelijks 64 uit de fabriek rollen. Dit zijn er per maand 4 meer dan voor de coronacrisis. Airbus profiteert niet alleen van het aantrekken maar ook van de verduurzaming van de luchtvaart. Het aandeel Airbus sloot donderdag 9 procent hoger. In het kielzog van de Europese vliegtuigbouwer sloten de aandelen van de Amerikaanse concurrent Boeing 4 procent hoger. Klanten van Fintessa profiteren van de rooskleurige vooruitzichten van de vliegtuigbouwers door te beleggen in industrieel conglomeraat Honeywell, producent van onder andere vliegtuigmotoren. Het aandeel Honeywell sloot donderdag ruim 3 procent hoger.

Medtronic

Medische apparatuurmaker Medtronic kwam gisteren met de bedrijfscijfers over het vierde kwartaal van het gebroken boekjaar, eindigend op 30 april jongstleden. Medtronic profiteerde van het herstel in de reguliere zorg. Hierbij nam de vraag naar nieuwe knieën en heupen toe.
De totale omzet steeg op jaarbasis met 36,5 procent naar 8,19 miljard dollar, iets boven de 8,14 miljard dollar waarop analisten hadden gerekend. Bij de hartdivisie, de grootste qua omzet, steeg de vraag zelfs met 45,1 procent naar 2,91 miljard dollar. Topman van Medtronic, Geoff Martha, meldde bij de toelichting op de cijfers dat de meeste afzetmarkten van het bedrijf bijna terug zijn op het niveau pre-corona. 

Niet alleen de omzet maar ook de genormaliseerde winst lag boven de verwachting van analisten. Per aandeel werd er 1,50 dollar verdiend, 8 dollarcent meer dan de marktconsensus. Het dividend voor de aandeelhouders wordt met 9 procent verhoogd. Voor heel fiscaal jaar 2022 wordt een winst per aandeel verwacht van 5,60 à 5,75 dollar per aandeel. Deze bandbreedte ligt iets aan de onderkant van de verwachtingen van analisten die rekening houden met een winst van 5,72 dollar per aandeel. De koers van het aandeel Medtronic is gisteren op dit nieuws met 0,9 procent lager gesloten.

Maak vrijblijvend een afspraak met een van onze specialisten

 

Auteur: Jan-willem Nijkamp Datum: 13-05-2021

Inflatie maakt beleggers nerveus

Consumenten Prijs Index

Dinsdag waren de beurzen al gedaald vooruitlopend op de inflatiecijfers van een dag later. Er was toch wel enige vrees dat het Bureau of Labor Statistics in de Verenigde Staten een CPI (Consumer Price Index) zou publiceren waar beleggers niet erg vrolijk van konden worden. Het was nog erger. Het mandje van prijzen van goederen en diensten dat gezamenlijk de inflatie meet bleek op jaarbasis met niet minder dan 4,2 procent te zijn gestegen. Dat terwijl er een toename van 3,6 procent was verwacht. Ook op maandbasis liepen de prijzen veel harder op dan ingeschat, met 0,8 procent. Een prijsstijging die we sinds 2008, voordat de kredietcrisis uitbrak, niet meer hadden gezien. Daar de beurzen al hadden geanticipeerd op slechte cijfers duurde het even voor er duidelijk richting werd gekozen door beleggers. Maar uiteindelijk zetten de beurzen de weg naar beneden in. Ook vandaag volgen de markten in Europa die van de Verenigde Staten. Zo staat de AEX inmiddels 6 procent onder zijn hoogste koers van begin deze maand.

Einde aan TINA?

Is deze vrees terecht? Beleggers zijn immers al jaren gewend aan een historisch lage inflatie. Als gevolg daarvan kon ook het rentepeil naar ongekende diepten wegzinken. In ons werelddeel is er zelfs al enkele jaren sprake van een negatieve rente. Het joeg spaarders naar de beurs onder het motto dat er geen alternatief was voor een belegging in aandelen (TINA). De aanwassende stroom van geld naar de beurs stuwde de koersen verder op en dat trok op zijn beurt weer nieuwe beleggers aan. Niets heeft zo’n aantrekkingskracht als voortdurende koerswinsten. Beleggers werden daarbij geholpen door de centrale banken die met regelmaat lieten weten voorlopig niet van plan te zijn de rente weer te gaan verhogen. Zelfs een enigszins oplopende inflatie zou ze niet van mening doen veranderen. Maar 4,2 procent?

Basiseffecten

Hoe houdbaar is dan het ruime monetaire beleid nog? Veel beleggers nemen het zekere voor het onzekere en gingen over tot verkoop van hun aandelen. Maar reageren ze niet te snel? De snelle toename van de prijzen kan toch moeilijk als een verrassing zijn gekomen. De pandemie zorgde een jaar geleden voor een enorme prijsdaling van allerlei diensten waar plots weinig behoefte meer aan was. Zo zakte de CPI in april vorig jaar diep weg. Met dit lage niveau als vergelijkingsbasis is het dan ook niet zo vreemd dat een jaar later – in een zich snel herstellende economie – de prijzen hard oplopen. Economen spreken in zo’n geval van basiseffecten. Voor de duidelijkheid, het algemene prijspeil is nog steeds lager dan dat van voor de uitbraak van het virus. Het is het tempo van de groei, niet het absolute prijspeil, dat momenteel zorgen baart.

Markt voor tweedehands auto’s explodeert

Opvallend is verder dat er geen sprake is van een prijsstijging over de gehele linie. Zo blijkt uit een nadere analyse dat de forse toename van de prijzen toe te schrijven is aan diensten die slechts voor 13 procent uitmaken van de consumentenbestedingen. Zo liepen vooral de prijzen van gebruikte auto’s en trucks, hotelovernachtingen, restaurants, vliegtrickets, autoverzekeringen, kaartjes voor evenementen en musea en autoverhuur sterk op. Juist die prijzen waren in de pandemie het hardst gedaald en lopen nu het meest op. In de pandemie hadden autoverhuurbedrijven een gedeelte van hun vloot in de verkoop gedaan en nu dienden ze hun voorraad als de wiedeweerga weer aan te vullen. Daar nieuwe auto’s sowieso moeilijk verkrijgbaar zijn (vanwege het chiptekort) explodeert de markt voor tweedehands auto’s.

Irrational exuberance

Maar wat zegt deze prijsstijging over de brede economie? De centrale banken hebben steeds gesteld dat de inflatie slechts van tijdelijke aard zal zijn. Op zeker moment zullen vraag en aanbod elkaar weer vinden en normaliseren de markten weer. Bedenk ook dat de switch van diensten naar goederen tijdens de pandemie weer vice versa zal zijn zodra de meeste mensen gevaccineerd zijn. Met andere woorden, waar de prijzen van allerlei diensten weer op zullen lopen, kunnen juist de prijzen voor goederen en grondstoffen (die nu hard stijgen) weer zakken. Ondanks alle onrust staat het algemeen prijsniveau nog steeds onder het niveau van de lange termijntrend waar bijvoorbeeld de Federal Reserve de prijzen zou willen hebben. Bedenk dat de kerninflatie momenteel 3,0 procent is. Dat lijkt veel, maar is exact het niveau waar ze bijvoorbeeld in 1996 ook stond. Hoewel de toenmalige gouverneur van de Fed Alan Greenspan toen waarschuwde voor irrational exuberance zouden de beurzen nog vier jaar verder stijgen.