Auteur: Jan Bouius    Datum: 07-12-2022

Energiecrisis biedt kansen

De huidige energiecrisis heeft er toe geleid dat we wereldwijd in de komende vijf jaar net zoveel hernieuwbare energie capaciteit bouwen als in de afgelopen 20 jaar. Dat is althans de verwachting van het IEA, het Internationaal Energieagentschap

Zorgen over energiezekerheid heeft veel landen er immers toe aangezet om steeds meer gebruik te (willen) maken van hernieuwbare energiebronnen zoals zon en wind in eigen land. De fors gestegen energieprijzen als gevolg van de Russische invasie van Oekraïne zullen daarbij ongetwijfeld een rol spelen. Niet voor niets ligt de verwachte groei van de hernieuwbare energiecapaciteitsuitbreiding inmiddels 30 procent hoger dan de groei die nog maar een paar jaar geleden werd voorspeld. Hierdoor zal hernieuwbare energie de komende vijf jaar goed zijn voor meer dan 90 procent van de wereldwijde elektriciteitsuitbreiding. Daarmee stoten hernieuwbare bronnen de energie die door kolen wordt opgewekt in 2025 van de troon. Voor de sector is deze ontwikkeling een zegen, want door de hoge waarderingen en stijgende rente ligt die er op de beurs al twee jaar slecht bij. De orderboeken en marges kunnen weer fraai oplopen.

Zo houdt op dit moment het Amerikaanse Bureau of Ocean Energy Management een veiling voor de rechten om drijvende offshore windenergieprojecten te ontwikkelen in vijf gebieden voor de kust van California. Het is de allereerste verkoop van offshore windenergie aan de Pacifische kust van de Verenigde Staten en de allereerste waarbij het land drijvende windparken op commerciële schaal ondersteunt. De huurgebieden hebben een gezamenlijke capaciteit van meer dan 4,5 gigawatt. Bedrijven als Equinor, Ørsted en Shell, waar we voor onze cliënten bij Fintessa in beleggen, worden als mogelijke ontwikkelaars gezien, maar uiteraard er zijn nog andere kapers op de kust.

Daarnaast starten ze in Japan deze maand met een aanbestedingsprocedure van vier windmolenparken met een gezamenlijke capaciteit van 1,8 gigawatt. Daar houdt het niet bij op, want de Japanse regering wil de capaciteit van windmolens op zee uitbreiden naar een geïnstalleerd vermogen van 10 gigawatt voor 2030. En aangezien Japan tot op heden slechts één windmolenpark op zee heeft, de Akita Noshiro, is daar nog heel veel werk aan de winkel. Zeker omdat Japan uiteindelijk tegen 2040 de capaciteit op zee wil uitbreiden naar 23 windmolenparken met een gezamenlijk geïnstalleerd vermogen van 45 gigawatt.

Het is dan ook niet verwonderlijk dat heel veel bedrijven op een deel van de taart zitten te azen. Zo benoemde Ørsted onlangs Henriette Holm als nieuwe landmanager voor Japan. Holm, momenteel nog het hoofd van projectontwikkeling in het Verenigd Koninkrijk, heeft een belangrijke rol gespeeld bij de ontwikkeling van de offshore windprojecten van Hornsea, die tot de grootste ter wereld behoren. Het zwaardere geschut wordt ingezet. En met al dat werk in gedachten is het niet zo vreemd dat HAL Trust bijvoorbeeld afgelopen jaar Boskalis helemaal heeft overgenomen. Ook maritieme dienstverleners zullen aan al die nieuwe projecten een goede boterham kunnen verdienen.

Maak vrijblijvend een afspraak met een van onze specialisten