Auteur: Martine Hafkamp    Datum: 09-01-2023

Goed uit de startblokken

De eerste handelsweek van het nieuwe jaar is positief van start gegaan en ook vandaag hebben beleggers er zin in. In de Verenigde Staten bleek vorige week de arbeidsmarkt er onveranderd sterk bij te blijven liggen, ondanks de grote ontslagrondes die de diverse techgiganten hebben aangekondigd. Volgens het officiële banencijfer werden er in de maand december 223.000 nieuwe banen gecreëerd. De werkloosheid daalde van 3,6 naar 3,5 procent. Positief was verder dat het tempo van de loongroei afnam, want daarmee daalt de angst voor een loonprijsspiraal. De afgelopen maand stegen de lonen gemiddeld met 0,3 procent en dat was lager dan de verwachte 0,4 procent. Op jaarbasis stegen de lonen met 4,6 procent. Dat was eveneens minder dan waar analisten vooraf van waren uitgegaan. De participatiegraad staat nu op 62,5 procent. Dat is nog steeds 1 procentpunt lager dan voor de uitbraak van de coronapandemie.

Wat eveneens bijdroeg aan het positieve beurssentiment is het lager dan verwachte vertrouwenscijfer van de Amerikaanse inkoopmanagers uit de dienstensector. Die daalde in december naar 49,6. Een cijfer lager dan 50 duidt op krimp en dat is voor het eerst in 2,5 jaar. Als we de uitbraak van de corona-epidemie en alle paniekreacties daarop buiten beschouwing laten, is het zelfs het slechtste cijfer sinds eind 2009. Dat was dus ten tijde van de financiële crisis. Uit de publicatie bleek verder dat het tempo van de prijsverhogingen aan het afnemen is.

Bovenstaande cijfers gaven beleggers hoop dat de Fed misschien wel iets eerder zal stoppen met het verhogen van de rente. En dat ondanks het feit dat uit de meest recente Fed-notulen bleek dat de beleidsmakers daar nog geen enkele aanleiding voor zien. Het wordt een hele uitdaging voor de Fed om niet te ver door te schieten in het verhogen van de rente. Tot nu toe lijkt er sprake te zijn van een ideaal scenario; een aantal macro-economische cijfers lijkt op een vertraging van de groei te duiden, terwijl de arbeidsmarkt robuust blijft. Steeds meer marktpartijen zijn er echter van overtuigd dat de Fed te hard op de rem gaat staan. De Fed is er veel aan gelegen om dat te voorkomen. Niet voor niets heeft de Fed bij monde van voorzitter Jerome Powell vorige maand al aangegeven dat er tijd overheen gaat voor de effecten van de snel doorgevoerde renteverhogingen zichtbaar zullen zijn. Aan de andere kant kan de voet ook weer niet te snel van het rempedaal worden gehaald. De inflatie moet immers definitief de kop in worden gedrukt en mag niet opnieuw opflakkeren.

Jack Ma is controle kwijt

Wie eveneens een kopje kleiner is gemaakt is Jack Ma. Zijn Ant Group zou oorspronkelijk in november 2020 naar de beurs worden gebracht. Dat zou de grootste beursgang ooit worden; groter dan die van Saudi Aramco en ook groter dan die van Alibaba, eveneens van Jack Ma. Twee dagen voor de beursintroductie trok de Chinese toezichthouder echter aan de rem. Niet geheel toevallig volgde dat heel kort op de kritiek op de Chinese staatsbanken die Jack Ma kort daarvoor had geuit. Snel waren er nieuwe regels opgesteld waardoor Chinezen bijvoorbeeld nog maar maximaal een derde van hun inkomen mogen lenen via online microkredieten. Ant Group slokte steeds meer van de financieringsmarkt op en waarschijnlijk waren de Chinese autoriteiten bang dat Ma met z’n bedrijven Alibaba en Ant Group te machtig zou worden. Beide bedrijven beschikken immers over heel veel consumentendata.

Vorige week werd al bekend dat de Chinese toezichthouder voor banken en verzekeringen de kapitaalverhoging voor Ant Group eindelijk heeft goedgekeurd. Het gaat daarbij om een herstructurering van 1,5 miljard dollar van de afdeling consumentenfinancieringen. Daardoor wordt de kapitaalsbasis verhoogd naar 2,7 miljard dollar. Afgelopen juni waren er al een paar bestuurders teruggetreden om Ant Group en Alibaba duidelijker los te koppelen. In dat licht gezien past ook dat Jack Ma zijn controle over Ant Group heeft opgegeven. Hij had ruim 10 procent van de aandelen maar meer dan 50 procent van het stemrecht. Zijn aandelenbelang is nu teruggebracht naar 6 procent, waarmee zijn stemrecht tot onder de 50 procent is gezakt. Het lijkt duidelijk: Ant mag groeien, maar iedereen weet nu wel dat Peking de baas is. Het past ook in het beeld dat Peking zich realiseert de grote Chinese techbedrijven wel nodig te hebben om de Chinese economie draaiende te houden.

Maak vrijblijvend een afspraak met een van onze specialisten