Auteur: Joop van de Groep Datum: 27-08-2021

“Taperschot” voor de boeg

Na 5 weken van dalende steunaanvragen in de Verenigde Staten is in de week eindigend op 21 augustus het aantal aanvragen met 4.000 opgelopen naar 353.000. Economen hadden op 350.000 aanvragen gerekend. Het bredere plaatje is dat met name restaurants en hotels last hebben van mensen die thuisblijven als gevolg van de verspreiding van de Delta-variant van het coronavirus.
Bedrijven uit andere sectoren hebben juist behoefte aan meer personeel om aan de toegenomen vraag te kunnen voldoen. Sommige bedrijven nemen nu personeel aan om te anticiperen op de afvlakkende besmettingsgolf. Voor de uitbraak van de pandemie lagen de gemiddelde steunaanvragen op 220.000 per week.
Het aantal verlengde steunaanvragen nam met 3.000 af tot 2,86 miljoen. Voor de pandemie lag dit gemiddeld op 2 miljoen aanvragen.
Op dit moment zijn er nog 12 miljoen Amerikanen die een beroep doen op de coronasteunmaatregelen van de overheid. Dit steunpakket loopt per aanstaande 6 september af. Vooralsnog heeft de toegenomen besmettingsgraad een bescheiden impact op de brede economische activiteiten. 

Jackson Hole

Vooruitlopend op de toespraak van Fed-voorzitter Jerome Powell vandaag tijdens het symposium voor centrale banken in Jackson Hole, zijn er al een aantal Fed-gouverneurs die hun visie hebben gegeven op de aanstaande aanpassingen van het monetaire beleid.
Esther George, Fed president van Kansas City en St. Louis Fed president James Bullard willen zo snel mogelijk beginnen met het afbouwen van het opkoopprogramma (taperen).
Dallas Fed-president Robert Kaplan was wat explicieter over de planning ten aanzien van het aanpassen van het monetaire beleid door de Amerikaanse centrale bank. Hij ziet graag dat er in de eerstvolgende Fed-vergadering in september wijzigingen worden aangekondigd en dat er in oktober of kort daarna met ‘taperen’ wordt begonnen.
Hij motiveerde zijn visie op het monetaire beleid met een aantal argumenten. De Amerikaanse economie groeit stevig door en de impact van de besmettingsgraad op de economie als geheel is beperkt. Het opkopen van leningen door de centrale bank heeft ervoor gezorgd dat de risicobereidheid van beleggers op de kapitaalmarkt erg hoog is. Dit geldt met name voor de High Yield obligaties.

Naast het bredere economische plaatje zoomde de Fed-gouverneur in op een paar specifieke problemen in zijn eigen district. Door het ruime monetaire beleid is de rente extreem laag. De huizenprijzen zijn mede daardoor hard gestegen. De huidige inflatie is het hoogste sinds decennia. Met name de Amerikanen die in de laagste inkomenscategorieën zitten worden onevenredig hard geraakt door de oplopende prijzen. De prijs van benzine is met name fors gestegen. De huizenprijsstijging zorgt ervoor dat de huren meestijgen. Gevolg is dat de laagstbetaalden de huurprijzen niet meer kunnen opbrengen. Voor deze negatieve gevolgen op de woningmarkt is de Fed gevoelig. 

De drie Fed-gouverneurs hebben al een schot voor de boeg gegeven. Het ligt dan ook in de lijn der verwachtingen dat de Fed-voorzitter Jerome Powell gaat aankondigen dat binnen afzienbare tijd de ruime geldmarktpolitiek met beleid zal worden afgebouwd.

Maak vrijblijvend een afspraak met een van onze specialisten

 

Auteur: Jan-willem Nijkamp Datum: 13-05-2021

Inflatie maakt beleggers nerveus

Consumenten Prijs Index

Dinsdag waren de beurzen al gedaald vooruitlopend op de inflatiecijfers van een dag later. Er was toch wel enige vrees dat het Bureau of Labor Statistics in de Verenigde Staten een CPI (Consumer Price Index) zou publiceren waar beleggers niet erg vrolijk van konden worden. Het was nog erger. Het mandje van prijzen van goederen en diensten dat gezamenlijk de inflatie meet bleek op jaarbasis met niet minder dan 4,2 procent te zijn gestegen. Dat terwijl er een toename van 3,6 procent was verwacht. Ook op maandbasis liepen de prijzen veel harder op dan ingeschat, met 0,8 procent. Een prijsstijging die we sinds 2008, voordat de kredietcrisis uitbrak, niet meer hadden gezien. Daar de beurzen al hadden geanticipeerd op slechte cijfers duurde het even voor er duidelijk richting werd gekozen door beleggers. Maar uiteindelijk zetten de beurzen de weg naar beneden in. Ook vandaag volgen de markten in Europa die van de Verenigde Staten. Zo staat de AEX inmiddels 6 procent onder zijn hoogste koers van begin deze maand.

Einde aan TINA?

Is deze vrees terecht? Beleggers zijn immers al jaren gewend aan een historisch lage inflatie. Als gevolg daarvan kon ook het rentepeil naar ongekende diepten wegzinken. In ons werelddeel is er zelfs al enkele jaren sprake van een negatieve rente. Het joeg spaarders naar de beurs onder het motto dat er geen alternatief was voor een belegging in aandelen (TINA). De aanwassende stroom van geld naar de beurs stuwde de koersen verder op en dat trok op zijn beurt weer nieuwe beleggers aan. Niets heeft zo’n aantrekkingskracht als voortdurende koerswinsten. Beleggers werden daarbij geholpen door de centrale banken die met regelmaat lieten weten voorlopig niet van plan te zijn de rente weer te gaan verhogen. Zelfs een enigszins oplopende inflatie zou ze niet van mening doen veranderen. Maar 4,2 procent?

Basiseffecten

Hoe houdbaar is dan het ruime monetaire beleid nog? Veel beleggers nemen het zekere voor het onzekere en gingen over tot verkoop van hun aandelen. Maar reageren ze niet te snel? De snelle toename van de prijzen kan toch moeilijk als een verrassing zijn gekomen. De pandemie zorgde een jaar geleden voor een enorme prijsdaling van allerlei diensten waar plots weinig behoefte meer aan was. Zo zakte de CPI in april vorig jaar diep weg. Met dit lage niveau als vergelijkingsbasis is het dan ook niet zo vreemd dat een jaar later – in een zich snel herstellende economie – de prijzen hard oplopen. Economen spreken in zo’n geval van basiseffecten. Voor de duidelijkheid, het algemene prijspeil is nog steeds lager dan dat van voor de uitbraak van het virus. Het is het tempo van de groei, niet het absolute prijspeil, dat momenteel zorgen baart.

Markt voor tweedehands auto’s explodeert

Opvallend is verder dat er geen sprake is van een prijsstijging over de gehele linie. Zo blijkt uit een nadere analyse dat de forse toename van de prijzen toe te schrijven is aan diensten die slechts voor 13 procent uitmaken van de consumentenbestedingen. Zo liepen vooral de prijzen van gebruikte auto’s en trucks, hotelovernachtingen, restaurants, vliegtrickets, autoverzekeringen, kaartjes voor evenementen en musea en autoverhuur sterk op. Juist die prijzen waren in de pandemie het hardst gedaald en lopen nu het meest op. In de pandemie hadden autoverhuurbedrijven een gedeelte van hun vloot in de verkoop gedaan en nu dienden ze hun voorraad als de wiedeweerga weer aan te vullen. Daar nieuwe auto’s sowieso moeilijk verkrijgbaar zijn (vanwege het chiptekort) explodeert de markt voor tweedehands auto’s.

Irrational exuberance

Maar wat zegt deze prijsstijging over de brede economie? De centrale banken hebben steeds gesteld dat de inflatie slechts van tijdelijke aard zal zijn. Op zeker moment zullen vraag en aanbod elkaar weer vinden en normaliseren de markten weer. Bedenk ook dat de switch van diensten naar goederen tijdens de pandemie weer vice versa zal zijn zodra de meeste mensen gevaccineerd zijn. Met andere woorden, waar de prijzen van allerlei diensten weer op zullen lopen, kunnen juist de prijzen voor goederen en grondstoffen (die nu hard stijgen) weer zakken. Ondanks alle onrust staat het algemeen prijsniveau nog steeds onder het niveau van de lange termijntrend waar bijvoorbeeld de Federal Reserve de prijzen zou willen hebben. Bedenk dat de kerninflatie momenteel 3,0 procent is. Dat lijkt veel, maar is exact het niveau waar ze bijvoorbeeld in 1996 ook stond. Hoewel de toenmalige gouverneur van de Fed Alan Greenspan toen waarschuwde voor irrational exuberance zouden de beurzen nog vier jaar verder stijgen.