
Columns
Als belegger moet je zitvlees h ...
Er zijn momenteel veel, soms tegenstrijdige, indicatoren die het er voor beleggers niet eenvoudiger op maken...
Datum: 03-04-2023
De vraag naar het mineraal lithium zal naar verwachting, als we vorig en dit jaar met elkaar combineren, met ongeveer 300 procent plussen. In principe is er genoeg lithium op de wereld om te kunnen voldoen aan deze extreme vraag die voornamelijk het resultaat is van de flinke groei van de verkoop van elektrische auto’s. Vooral dankzij de enorme vraag in China werden er wereldwijd vorig jaar ongeveer 7,7 miljoen volledig elektrische auto’s verkocht. Dat is een verdrievoudiging in twee jaar tijd.
Lithiumkobaltoxide is een hoofdbestanddeel van de batterijen waar deze auto’s op rijden. Als de groei zo doorzet en uiteindelijk het complete huidige wagenpark op de wereld elektrisch is, dan is de voorraad lithium over 50 jaar wel op. Maar experts verwachten al veel eerder tekorten.
Er is tot zeker 2025 voldoende aanbod van lithium, maar na dat jaar zullen er waarschijnlijk tekorten kunnen ontstaan. Dit komt omdat de mijnbouwbedrijven die lithium delven in de gebieden waar lithium gewonnen zou kunnen worden heel veel tegenstand ondervinden van milieuactivisten en bewoners. Dit zorgt telkens weer voor rechtszaken en vertraagde vergunningen. Ook worden projecten in de ijskast gezet.
Naast een tekort aan actieve mijnen ontbreekt het tevens aan voldoende productie- en raffinagecapaciteit. Dat betekent dat lithiumbedrijven de komende in de creatie hiervan zullen moeten investeren om te kunnen blijven voldoen aan de vraag.
Ook het Amerikaanse Albemarle Corp, de grootste lithiumproducent ter wereld, ziet de noodzaak om te blijven investeren in nieuwe mijnen. En als het niet lukt om nieuwe mijnen te ontginnen, dan koop je een concurrent op en voeg je die productie bij de jouwe. Zo doen marktleiders dat.
Natuurlijk geven deze relatief kleine 'Davidjes' zich niet zomaar over aan 'Goliath' Albemarle. Een voorbeeld is het Australische Liontown Resources. Al in oktober vorig jaar zag Albemarle in Liontown een smakelijk hapje, vooral de mijn in Kathleen Valley (West-Australië) en de contracten met Tesla en Ford wekten interesse.
Albemarle exploiteert al twee lithiummijnen in Australië en heeft er ook een raffinaderij. De Amerikanen, die al 2,2 procent van de aandelen hadden, boden op 20 oktober 2,20 Australische dollar voor de resterende 97,8 procent van Liontown. Het was een premie van ruim 19 procent op de slotkoers van de vorige dag.
Zoals vaak bij een eerste bod, vond ook deze prooi het te laag en werd het dan ook keurig afgewezen. Op 3 maart jongstleden probeerde Albemarle het daarom opnieuw met een bod van 2,35 Australische dollar per aandeel. De koers van Liontown was inmiddels wat gedaald als gevolg van de lagere lithiumprijzen in China. Zo bezien bedroeg de premie ditmaal een op het eerste gezicht aantrekkelijke 63 procent. Maar ook dit bod was niet voldoende volgens Liontown.
Daarom kwam Albemarle vorige week met een knock-out bieding van 2,50 Australische dollar. Hiermee zou de overname 5,5 miljard Australische dollar (ongeveer 3,7 miljard Amerikaanse dollar) gaan kosten. De financiering hiervan zou voornamelijk plaatsvinden met vreemd vermogen dat JP Morgan wel wilde verstrekken. Maar ook dit keer was Albemarle toch te zuinig en ving het bedrijf opnieuw bot. Driemaal is in dit geval dus helaas geen scheepsrecht voor de Amerikanen.
Beleggers verwachten dat de Amerikaanse lithiumproducent niet wegloopt van de deal en nog een vierde, hoger, bod zal gaan doen. De koers van Liontown Resources staat momenteel immers ongeveer 10 Australische dollarcent boven de laatste bieding.
Beleggers in Albemarle zagen vanaf het eerste moment de overname al wel zitten. Na elk bod steeg de koers van het aandeel Albemarle, al zorgen de oplopende kosten van de overname er wel voor dat het enthousiasme steeds minder werd.