Datum: 16-10-2023

Duif of havik?

In de eerste helft van vorige week verbeterde de stemming op de beurzen dankzij de lagere rente op bijvoorbeeld tienjaars Amerikaans staatspapier. Wellicht kwam dit ook door beleggers die vluchtten in veilige Amerikaanse staatsobligaties vanwege de geopolitieke spanningen in het Midden-Oosten. Dit vluchtgedrag zorgde er ook in Europa voor dat de lange rentes daalden tot het laagste punt in twee weken.

Ook vicevoorzitter van de Fed Philip Jefferson droeg bij aan een verbetering van het sentiment. Hij stelde namelijk dat beleggers hem eigenlijk een deel van zijn werk uit handen hadden genomen door de langetermijnrente flink de hoogte in te jagen. Hierdoor hebben beleggers namelijk zelf de teugels getrokken om de economische groei af te remmen.

Woorden van dezelfde strekking kwamen van de Atlanta Fed president Raphael Bostic en de Minneapolis Fed president Neel Kashkari. ECB-topman Villeroy de Galhau deed eveneens een duit in het zakje door te stellen dat, ondanks de nieuwe ellende in het Midden-Oosten, de inflatie in Europa eind 2025 volgens hem op of nabij twee procent zal uitkomen. 

Hoog opgelopen

De correlatie tussen de obligatierente en de aandelenmarkten is in de afgelopen weken tot een heel hoog niveau opgelopen. Een kleine verandering in de stand van de lange rente heeft direct gevolgen voor de aandelenkoersen en dan met name voor de aandelen met een hoge koers-winstverhouding zoals het geval is bij veel technologieaandelen. Naast de lagere rente werden de aandelenkoersen ook ondersteund door de lagere olieprijzen en de zwakkere dollar als gevolg van die lagere olieprijzen en renteniveaus. 

Afgelopen week is het cijferseizoen van start gegaan. Veel Amerikaanse bedrijven die internationaal opereren zullen de komende weken in hun toelichting op de cijfers ongetwijfeld een paragraaf besteden aan de sterke dollar die de omzet parten speelt. Een dollar die verzwakt en die in het lopende kwartaal in het voordeel van diezelfde bedrijven zal doorwerken, vinden beleggers wel prettig. Daarnaast zorgt de sterke dollar er in de Eurozone voor dat de inflatie wordt aangewakkerd. Dus ook op ons eigen continent is een zwakkere dollar welkom.

Toch voorzichtigheid

Toch blijft er voorzichtigheid in de markt aanwezig. Dat is niet zo verwonderlijk omdat beleggers naarstig zoeken naar tekenen dat de centrale bankiers klaar zijn met het verhogen van de officiële rentetarieven. Helaas voor hen viel het cijfer van de Amerikaanse producentenprijzen over de maand september tegen. Waar er op maandbasis op een stijging van maar 0,3 procent werd gerekend, bleek dit in werkelijkheid 0,5 procent te zijn. Maar, omdat deze 0,5 procent toch lager was dan de 0,7 procent stijging in augustus, had het tegenvallende cijfer weinig invloed. 

De consumentenprijzen vertoonden eenzelfde beeld. Die stegen met 0,4 procent eveneens harder dan de 0,3 procent waarop was gerekend. Vergeleken met de toename van 0,6 procent in augustus was er echter wel sprake van een daling. Op jaarbasis kwam de inflatie uit op 3,7 procent. Wat beleggers vooral zorgen baart is dat de prijsstijgingen van veel basisbehoeften als autoverzekeringen en reparaties, transport, huur en vlees en vis veel hoger zijn. Zo bezien zou de min of meer door Powell aangekondigde rentestap er dus zomaar kunnen komen.

Passend besluit

Uit de gepubliceerde notulen van de laatste vergadering van de Fed bleek eveneens dat een meerderheid van de deelnemers van mening was dat nog een verhoging van de beoogde Federal Funds-rente op een toekomstige bijeenkomst waarschijnlijk passend zal zijn. Op 31 oktober en 1 november komt het beleidscomité van de Amerikaanse centrale bank opnieuw bijeen. Spannend is of de centrale bankiers dan besluiten of de rente hoog genoeg is om de inflatie in te dammen. Nieuwe data, zoals de sterke banencijfers en de consumentenprijsindex zullen heel bepalend zijn voor dit rentebesluit. Zoals de afgelopen week bleek, kan het sentiment van een meer duifachtige Fed snel omslaan.