
Columns
Als belegger moet je zitvlees h ...
Er zijn momenteel veel, soms tegenstrijdige, indicatoren die het er voor beleggers niet eenvoudiger op maken...
Datum: 22-08-2022
Het afgelopen voorjaar maakte de Fed een begin met het verhogen van de officiële rentetarieven in een poging de fors opgelopen inflatie te bestrijden. Na jarenlang een heel ruim monetair beleid gevoerd te hebben had Powell weinig keus meer.
In maart verhoogde hij daarom de Fed Funds Rate met 50 basispunten. De rente stond op dat moment nog op nul. We zijn nu zo’n vijf maanden verder en inmiddels stat de Fed Funds Rate op 2,5%. Zoals het er nu naar uitziet zal de Fed de rente in september nog eens met 75 basispunten verhogen en mogelijk is Powell dan nog niet klaar met deze serie verhogingen.
Er is echter wel iets vreemds aan de hand. Vlak voor de eerste renteverhoging in maart stond de S&P 500 op een stand van 4.173 punten. Sindsdien heeft de Fed de rente in vier stappen verhoogd naar 2,5%. Dat scheelt nogal iets.
Daar bovenop is de Fed vanaf juni begonnen met de afbouw van de enorme balans met staats- en hypotheekobligaties. Er is tot op heden voor 142,5 miljard dollar kwantitatief verkrapt. Vanaf september wordt het tempo opgevoerd naar 95 miljard aan staats- en hypotheekobligaties per maand.
De Fed is dus aan het verkrappen. Nu geldt op de beurs al decennia lang het adagium dat beleggers nooit tegen de Fed in moeten gaan. Do Not Fight the Fed. Als de Fed verruimt, dan moet je long zitten of niets doen. Als de Fed verkrapt, moet je short zitten of aan de zijlijn blijven. Als je er tegenin gaat verlies je altijd door de almacht van de centrale bank van ’s werelds grootste economie en bewaker van ’s werelds belangrijkste valuta.
Sinds maart lijken beleggers echter met deze regel te sollen. De beurs heeft de afgelopen maanden flinke uitslagen laten zien, maar sinds de eerste renteverhoging in maart is de S&P 500 per saldo gestegen. Vooral de rally sinds de bodem van half juni lijkt de hierboven in beton gegoten beurswet te negeren.
Kan de regel dat je nooit tegen de Fed in moet beleggen dan overboord gekieperd worden? De realiteit lijkt dat te bevestigen. Toch is hier meer aan de hand. In de twaalf jaar voorafgaand aan de coronacrisis heeft de Fed zo onwaarschijnlijk veel geld in de economie en de beurs gepompt dat het terugdraaien daarvan minder eenvoudig is dan veelal wordt aangenomen. De balans van de Fed is sinds het faillissement van Lehman Brothers in 2008 vertienvoudigd, van 890 miljard naar 8900 miljard dollar.
Daardoor zwemt het Amerikaanse bankwezen in de liquiditeiten. De 25 grootste Amerikaanse banken houden momenteel reserves aan bij de Fed voor een bedrag van 3400 miljard dollar. Ter vergelijking: in 2007 was nog maar 6 miljard dollar. Zo zie je maar dat de bullmarkt sinds 2009 niet zomaar uit de lucht is komen vallen. De Fed heeft de aandelenkoersen naar grote hoogten opgestuwd en heel afhankelijk gemaakt van haar monetaire beleid.
Ondanks de huidige renteverhogingen en kwantitatieve verkrapping is er nog steeds sprake van een uitzonderlijk ruim monetair beleid. De markten lijken daardoor weer rustig aan een opwaartse beweging te kunnen beginnen. Dat blijkt ook uit het feit dat de risico-opslag van bedrijfsobligaties en de rente op tienjaars staatsleningen sinds de recente stijging weer behoorlijk zijn teruggelopen. Officieel verkrapt de Fed, maar vooralsnog lijkt het een druppel op een gloeiende plaat.
Het maakt het er voor de centrale bankiers allemaal niet eenvoudiger op. Als een beurs zó afhankelijk is geworden van het beleid van de Fed is er blijkbaar in het verleden iets mis gegaan. Centrale banken opereren, als het goed is, in de schaduw. Iedere stap van een centrale bank is nu echter voorpaginanieuws. Dat kan nooit de bedoeling zijn geweest.
Mocht een eventueel hardnekkiger dan verwachte hoge inflatie met een daadkrachtiger beleid bestreden moeten worden dan zou dat nog wel eens een hell of a job kunnen worden.