
Columns
Goud wint aan glans
De goudprijs zette recent een nieuwe all-time high op het bord en versloeg daarmee de vorige hoogste stand uit 2020.
Datum: 23-10-2023
De fors opgelopen lange rente in met name de Verenigde Staten, maar ook in Europa, tezamen met de geopolitieke ontwikkelingen hebben het beurssentiment geen goed gedaan.
De stemming is nogal somber: steeds vaker komen er berichten (en niet alleen bij banken en vastgoedjongens) dat de hoge rente pijn gaat doen. Dat zien we bijvoorbeeld ook in de duurzaamheidssector.
Daarom zullen de Fed-vergaderingen op 31 oktober en 1 november zeer belangrijk zijn voor de rest van het jaar. Powell heeft de afgelopen week al min of meer aangegeven dat er dan wederom op de pauzeknop zal worden gedrukt en dat die pauze ook wel langer zou kunnen duren, maar dat verdere renteverhogingen nog steeds niet zijn uitgesloten. Het sein ‘brand meester’ kan volgens hem nog steeds niet worden gegeven.
De macro-economische cijfers zijn simpelweg (nog) te goed, waardoor er inflatoire druk blijft bestaan. Maar die cijfers zorgen uit zichzelf al voor het oplopen van de tienjaarsrente, en was het niet de vicevoorzitter van de Fed die onlangs stelde dat de financiële markten daarmee al deels het werk van de Fed voor hun rekening nemen? De hogere tienjaarsrente heeft volgens hem namelijk minimaal hetzelfde effect als een verhoging van de officiële rentetarieven door de Fed.
En trouwens, de inflatietrend is wel degelijk naar beneden, zij het niet in een strakke rechte lijn. Het verloop ervan blijft lastig, zelfs voor centrale bankiers. Met name de opgelopen energieprijzen (olie) kunnen de inflatie weer wat doen opveren. De rente reageert al tijden niet meer op de inflatie. De inflatieverwachtingen zijn al lang rond de 2,5% (5 year forward). Met een tienjaarsrente van tegen 5% betekent dat een reële rente van bijna 2,5%.
Een groot deel van de huidige hoge rente moet dus niet slechts vanuit de inflatie verklaard worden, maar lijkt eerder het resultaat van weinig vraag en veel aanbod van staatsobligaties. Omdat de diverse overheden, en dan vooral de Amerikaanse, enorm veel lenen op de kapitaalmarkt lijkt de weg van de rente voorlopig eerder naar boven dan naar beneden.
Intussen laat Joe Sixpack het geld nog steeds lekker rollen. De hogere energiekosten gooien (nog) geen roet in het eten en kunnen blijkbaar goed worden doorberekend in de afzetprijzen.
Kijk bijvoorbeeld naar de meest recente detailhandelsverkopen, die beter waren dan verwacht. Daarmee lijkt het niet alleen langer te duren voordat de inflatiedoelstelling van 2% in zicht komt, maar lijkt eveneens de kans op een recessie in de Verenigde Staten vrijwel nihil. Zo’n 70% van de stijging van het GDP wordt in de Verenigde Staten immers bepaald door de binnenlandse bestedingen. Economen van de ING hebben becijferd dat door de huidige consumentenbestedingen de economische groei in het derde kwartaal zomaar op 4% kan uitkomen.
Goede macro-economische cijfers wakkeren de angst voor inflatie aan waardoor de Fed mogelijk gedwongen wordt om langer een krap monetair beleid te voeren: het zogenaamde Tafelberg-scenario. Dit is dan weer nadelig voor het beurssentiment.
Voor de korte termijn zijn de bedrijfsresultaten bepalend voor de stemming onder beleggers. De resultaten van de meeste bedrijven die tot nu toe de boeken hebben geopend, zijn veel beter dan verwacht. Als dit de voorbode is van he verloop van het cijferseizoen, dan houden wij zeker een plus over aan het einde van het jaar. En dan heb ik het nog niet eens gehad over de positieve impact van de uitrol van kunstmatige intelligentie op de wereldeconomie en dus op de koersen. Beurzen lopen immers altijd vooruit op de reële economie.