Datum: 04-09-2023

Wat zal de ECB gaan doen?

Over twee weken beslist de Europese Centrale Bank of ze de rente verder zal (moeten) verhogen. Net als bij de Amerikaanse Fed hangt dit af van nieuwe data die worden gepubliceerd. Uit de meest recente notulen bleek dat de ECB zich aan de werkelijke cijfers wil houden en niet de verwachtingen ten aanzien van toekomstige ontwikkelingen wil laten meewegen.

Natuurlijk is de Europese inflatie over augustus een belangrijke input zijn voor het rentebesluit. Op voorhand werd er door economen een stijging van 0,4 procent maand op maand verwacht, waar er vorige maand nog een daling van 0,1 procent was. De kerninflatie jaar op jaar werd voor augustus vooraf ingeschat op 5,3 procent. Vorige maand was dit nog 5,5 procent. De werkelijke cijfers vielen niet mee. De inflatie maand op maand gemeten steeg met 0,6 procent. Op jaarbasis kwam de kern-CPI uit op de verwachte 5,3 procent.

De uitkomst van de inflatie in de eurozone was geen grote verrassing meer omdat de inflatie van de twee grootste economieën, de Duitse en de Franse, al eerder was gepubliceerd. De Duitse inflaltie kwam uit op 6,1 procent: een tiende procent lager dan vorige maand, maar wel hoger dan verwacht. De Fransen zagen de consumentenprijzen met 4,8 procent stijgen, wat maand op maand een procent meer is ten opzichte van juli. Op jaarbasis was er wel sprake van een daling van de prijzen. In augustus 2022 bedroeg de inflatie in Frankrijk namelijk nog 5,9 procent. 

Ons eigen CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) maakte bekend dat de inflatie, volgens de Nederlandse definitie, in Nederland snel blijft afnemen. In augustus steeg het prijspeil met slechts 3 procent op jaarbasis, na een inflatie van 4,6 procent in juli, 5,7 procent in juni en 6,1 procent in mei. Het grote verschil met de rest van de eurozone komt doordat Nederland vorig jaar veel hogere energieprijzen kende; deze zijn sindsdien sneller gedaald. Daarmee is Nederland een vreemde eend in de bijt.

Wel of geen renteverhoging

Zoals gebruikelijk zijn binnen het ECB-bestuur de meningen verdeeld over het wel of niet verhogen van de rente. De officiële lijn is echter dat de beslissing af zal hangen van een drietal zaken. De eerste twee hebben te maken met de inflatie. De ECB laat zich leiden door de vooruitzichten voor de inflatie en door de onderliggende dynamiek ervan. Het derde item is de ontwikkeling van de Europese economie ten gevolge van de eerdere renteverhogingen. 

De gevolgen van het monetaire beleid zijn duidelijk merkbaar. De inkoopmanagersindices over augustus van de industrie en de diensten staan op het laagste punt in drie jaar. Ook blijkt dat de kredietverlening blijft dalen. Daarmee nemen ook de investeringen af. Op basis hiervan zou je kunnen concluderen dat de ECB genoeg gedaan heeft en verdere renteverhogingen niet nodig zijn. Maar met de inflatiecijfers zouden de ECB-beleidsbepalers toch weer kunnen gaan twijfelen. De inflatie blijft immers (te) hoog en is zelfs maand op maand sterker toegenomen dan verwacht.

Misschien moeten centrale bankiers op een gegeven moment rekening gaan houden met een hoger inflatietarget. Die 2 procent zou wel eens te krap kunnen blijken. Het is een afweging van twee kwaden. Dat maakt het geen eenvoudige opgave voor de ECB.